vervolg: Het wonder van Venlo
Tegeltjeswijsheden in de strijd tegen bestuurlijke overmoed.
De nee nee sticker op de deur naar zijn werkkamer spreekt duidelijke taal. Wethouder Ad Roest (72 van Venlo ( Financiën) geeft niet graag geld uit. ‘De wethouder van nee’, luidt op het stadhuis zelfs zijn bijnaam. Roest is nog trots ook op die reputatie, al maakt hij zich daarmee niet bij iedereen even geliefd. Maar dat wist de gepensioneerde ondernemer ook wel , toen hij in 2018 als wethouder aantrad.
Venlo verkeerde destijds in een acute financiële crisis. Roest beloofde de stad van het bankroet te redden, maar dan moest er wel financieel orde op zaken gesteld worden. En met harde hand, gezien de miljoenentekorten. Roest achtte zich daarvoor als leider van de grootste partij de aangewezen kandidaat. Hij was naar eigen zeggen niet alleen apolitiek, maar ook afkomstig uit de zakenwereld en hoefde geen carrière meer te maken. Hij kon dus zijn rug recht houden, ook als de druk groot werd. Bepaald geen grootspraak, zo blijkt twee jaar later. Venlo staat er op dit moment financieel weer goed voor, verrassend snel voor een gemeente die zich zo diep in de nesten had gewerkt. De miljoenentekorten lijken wel als sneeuw voor de zon te zijn verdwenen. Vorig jaar kon de Noord-Limburgse gemeente voor het eerst sinds jaren de boeken weer afsluiten met een dikke plus.

Drie W’s
Roest wordt door iedereen op het stadhuis gezien als de architect van het ‘wonder van Venlo’. Wat is zijn geheim?
Duidelijke spelregels die door de gemeenteraad zijn goedgekeurd, zegt de voormalige eigenaar van verschillende rijwielzaken bescheiden. Er volgt een betoog over de gebruikelijke drie W’s in de gemeentepolitiek: wat willen we bereiken, wat moeten we daarvoor doen en wat mag het kosten.
Roest heeft daar wel eigenhandig drie W’s aan toegevoegd: wie moet de rekening betalen, waarom doen we het eigenlijk en wat gebeurt er als we het niet doen. Die nieuwe, bredere benadering heeft Venlo in financieel opzicht geen windeieren gelegd. Maar Roest heeft ook aan andere knoppen gedraaid om zuinigheid te bevorderen. Zo zijn taakstellingen uit de begroting verwijderd, omdat die meestal toch niet uitkomen. Alle risico’s worden daarentegen wel benoemd. Voordelen blijven op hun beurt weer wel onbenoemd, totdat die meevallers op de bank staan.
Daarmee zijn we er nog niet. De financiële doctrine die Roest op het Venlose stadhuis heeft ingevoerd, schrijft ook voor dat budgetten er niet zijn om uitgegeven te worden, maar om doelen te bereiken. Dat lijkt een nuance, maar dwingt ambtenaren en bestuurders wel om continue kritisch te blijven. En zo zijn er nog wel meer foefjes die Roest toegepast wil zien. Zijn er bijvoorbeeld nieuwe ambities, dan moeten daarvoor eerst oude ambities plaatsmaken. Ook alle majeure projecten, waaronder het Kazernetrerrein en Vierpaardjes, zijn inmiddels herijkt. Venlo springt kortom niet meer verder dan de reikwijdte van de financiële polsstok toestaat.

Evenwicht
De gevolgen zijn onmiskenbaar. Inkomsten en uitgaven zijn weer structureel in evenwicht, ongeacht de scheefgroei in de jeugdzorg, waarvoor de gemeente moet opdraaien. Voor Roest zelf is het ook niet meer dan vanzelfsprekend dat het huishoudboekje klopt. Als je een goed huisvader wil zijn, moet je ook keuzes maken. Als je krap bij kas zit kun je niet en je kapotte wasmachine repareren en ook op vakantie gaan, vertelt hij nuchter.
De tegeltjeswijsheden van Roest hebben ook op het provinciehuis in Maastricht zoveel indruk gemaakt, dat het provinciaal bestuur de geldkraan naar Venlo weer heeft opengedraaid. Dat was zonder de zuinige politiek van Roest niet gelukt, zeggen ingewijden. Maar dat vindt de wethouder te veel eer. Je doet dit soort dingen nooit alleen, wil hij benadrukt zien, je bent afhankelijk van collega’s en ambtenaren.

Beurskens
Vooral de rol van Twan Beurskens (VVD) verdient vermelding, als we Roest mogen geloven. De oud-wethouder van Venlo en voormalig gedeputeerde trad in 2018 aan als gemeentesecretaris in zijn thuisstad. Onder zijn leiding werd de organisatie opgeschud, werden op sleutelposities nieuwe mensen benoemd, werd de ‘eilandjescultuur’ doorbroken en het aantal programmalijnen gehalveerd. Discipline en kritisch vermogen op de werkvloer kwamen weer centraal te staan. Een proces dat ook nu nog in volle gang is, zegt Roest. Venlo is er dus nog niet, maar is dankzij de onorthodoxe en verfrissende aanpak van de krasse oud-ondernemer wel weer boven Jan. Een prestatie van formaat.
Peter Kamps is commentator van De Limburger en schrijft op deze plek wekelijks over economie, politiek, openbaar bestuur en ondernemerschap in Limburg.

Bron: De Limburger